Mooie praatjes

Het moet ondertussen bijna zo’n 3 jaar geleden zijn dat ik hem tegenkwam op een fototentoonstelling. Helemaal onverwacht want we hadden niets afgesproken. Na weken onschuldig te flirten via internet stond hij ineens voor mij. Levensecht.

Hoewel ik van plan was naar een festival te gaan met 2 vriendinnen, besloot hij daar een stokje voor te steken. “Kunnen we elkaar niet even onder 4 ogen zien?”. “Natuurlijk” zei ik hem zonder een goedkeurende blik van mijn vriendinnen te krijgen.

Ik nam afscheid van mijn vriendinnen (voor altijd want ze hebben mij het nooit vergeven) en ging met hem mee. We namen wat afstand van het festival en zochten ons een rustige plaats uit. Uiteindelijk verloor ik de tijd uit het oog en belden mijn vriendinnen mij een paar uur later op. Of ik nog afkwam, vroegen ze. “Oei is het al zo laat” merkte ik op. “Ik kom direct” zei ik. Maar toen ik na een half uur nog niet ten tonele was verschenen, besloten ze wijselijk naar huis te trekken. Zonder mij want ik had nog geen zin.

Na uren te praten met hem, vertrouwde hij mij toe dat hij zich nog nooit zo gevoeld had. Zo gelukkig. Zo verliefd. Zo volmaakt. Compleet. Ik lachte terwijl hij het zei. “Het zal wel” snauwde ik hem toe. “Ik geloof je niet, maar ik ben blij voor je” zei ik hem. Uiteindelijk namen we afscheid. Dat het voorgoed zou zijn, wist ik op dat moment nog niet.

Hij wou tijd om alles op een rijtje te zetten, en dat gaf ik hem. Dat hij van mijn tijd misbruik maakte, had ik helemaal niet door. Na weken wachten (ik ben geduldig) kreeg ik een bericht van een vriend van hem. Dat ik moest weten dat hij met een ander vrouw ondertussen afspraakjes had. Vriendelijk bedankte ik de vriend. Na dagen wachten (en denken) besloot ik hem een boze mail te sturen.

Buiten 1000den excuses (en zelfs dat was niet voldoende !) kreeg ik ook nog eens de melding dat ik hem niet verdiende. Dat ik veel beter verdiende. Ik lachte al was het deze keer minder overtuigend.

Sindsdien heb ik geen geloof meer in de liefde. Noch in verliefdheid.

Jullie mannen mogen alles zeggen wat je wilt.

Ik geloof er niets meer van.

Niets.

Mijn ideale man

Ik ben single. En dat al veel te lang. Aangezien ik niet op reis ga, heb ik alle tijd om tijdens mijn verlof op zoek te gaan naar mijn ideale man. Maar hoe ziet deze man er uit? Goeie vraag.

Mijn ideale man:
– hoewel bijna alle vrouwen beweren dat het uiterlijk geen rol speelt, speelt dat voor mij wel een rol. Hij mag geen super knappe man zijn want dan verlies ik hem toch direct aan één of andere schoon grietje. Hij moet een “speciale” schoonheid bezitten waarvan zijn ogen het belangrijkste zijn. Mijn voorkeur gaat lichtjes naar mannen met lang haar. En liefst in het bezit van wat borsthaar. Hij mag ook niet te groot zijn want ik moet mij belangrijk voelen in de relatie. Ik moet naar de buitenwereld het idee kunnen uitstralen dat ik de baas ben in de relatie. In de werkelijkheid mag hij de baas zijn. Ik zal wel het slavinnetje spelen.

– vrouwen kicken op geld. Ik ben daar geen uitzondering op. Ik val niet op mannen die het geld door ramen en deuren gooien. Ik wil een spaarzame jongen die zijn geld spaart….ja voor mij natuurlijk!

– Ik wil een speciale man. Een man waarvan zijn vrienden “het is ne speciale se”. Ik wil geen normale jongen.

– qua muzieksmaak doe ik niet moeilijk. Alles is aanvaardbaar zolang het maar geen: r&b, dance, hip hop of reggae is. Kortom, hij moet goede muziek (lees: metal/rock en/of klassieke muziek) kunnen appreciëren. Van cello-tonen moet hij geil worden.

– ik wil een duistere man. Een man die zwarte kamers geen probleem vind en zijn lief in de slaapkamer met draken wilt delen. Een man die plaats heeft voor 5 duistere puzzels op te hangen.

mensen observeren is leuk. En dus moet mijn vriend dat ook leuk vinden.

– liefst van al heeft hij niet te veel vrienden en vriendinnen. Zodat de kans dat we uitgenodigd worden om naar hier en daar te gaan minimaal is. ’s avonds wil ik mijn vriend bij mij.

– om een relatie met mij te kunnen overleven moet je jongen over een eindeloos geduld beschikken. Hij moet ook eerlijk zijn. Heel eerlijk. Ik haat mensen die zitten te liegen om toch maar geen problemen op hun nek te schuiven. Eerlijkheid is super belangrijk.

– ik wil geen super intelligente man die mij constant het gevoel geeft dat ik dom ben, maar een “onnozele” moet ik ook niet hebben. Ik wil iemand die iets van de wereld kent (liefst, want mijn aarderijkskundekennis is klein) en mijn kennis graag wilt vergroten. (zodat we eens eindelijk winnen op een quiz)

– ik hoef geen man die enkel tevreden is met materialistische dingen. Hij moet tevreden zijn met mijn zelfgemaakte cadeaus.

– ik wil een man waarmee ik uren serieus kan praten over de onzin van het leven. Die mijn “dramakunsten” doorziet en mijn tranen wegkust met zijn zwoele lippen. Een man die meegaat in mijn negativiteit en achteraf zegt dat ik een “lief zot geval” ben.

humor is belangrijk. Iedereen heeft humor. De mijne is sarcastisch/droog. Vette humor hoort dus niet bij mij.

En last but not least moet hij natuurlijk een ontzettende grote fan zijn van mijn blog.

Mocht u zo iemand kennen, mag u hem altijd inpakken (want zonder dwang zal hij niet naar me komen) en opsturen naar:

Meesteres Alimonia
Zwarte drakenstraat 666
9999 ZWARTE WOUD

P.S Gelieve gaatjes in de verpakking te prikken of de reis zou nogal snel ten einde kunnen lopen.

De genadestoot

Ik was het beu en daarom besloot ik er een einde aan te maken. Alsof ik niets anders te doen had in mijn leven, sloot ik het hoofdstuk af. “Zo, daar zijn we ook weer van af” brabbelde ik tegen mezelf. Mensen moeten me niet te lang lastigvallen of ze beginnen op mijn systeem te werken. Sommige hebben gewoon pech dat ze op het verkeerde moment het verkeerde zeggen. “Dag” zeg ik dan. Zeer jammer voor jou.

 Ik ken geen medeleven. Ik verander in een koelbloedig monster. Een beetje hoe Hitler zich moet hebben gevoeld. Onoverwinnelijk en vooral geen gevoel voor emoties. Emoties zijn meestal een teken van zwakheid.

 Op het moment van de genadestoot voel ik mij superieur. Niemand kan mij iets doen. Ze mogen smeken, huilen, roepen of tieren. Het zal niets uitmaken. Integendeel. Het geeft me extra bewijzen dat deze jongen “zwak” en “niets voor mij was”. Dat gevoel blijft nog een aantal weken hangen tot ik terug een mens word. De emoties overrompelen mij dan zo, dat ik praktisch een zenuwinzinking krijg. “Wat heb ik toch weer gedaan?” spookt er een ganse tijd door mijn hoofd.

 Maar ik laat mijn hoofd niet winnen. Ik probeer het te misleiden. Ik kijk de ganse dag tv, zing alle liedjes luid mee met de radio, maak sudoku’s die ik anders nog niet op een gans jaar zou maken, ik sport,…

Ik doe alles behalve denken, aan hém.

Hij

Ik ben in de ban. In de ban van hem. Hij beheerst mijn leven. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat denk ik aan hem. Mijn gans lichaam verlangt naar hem. Hij laat me niet onberoerd. Nee. En hoewel ik hem in het begin nooit had opgemerkt, kan ik momenteel niet meer zonder hem. Hij beheerst mijn leven en dat beangstigt mij. Maar de glimlach op mijn gezicht overwint deze keer alles. Ik voel me gelukkig. Te gelukkig. Ik lijk wel de ganse dag stoned te zijn. Een eenvoudige vraag kan ik niet meer beantwoorden. Mijn hersenen liggen momenteel stil. Het voelt vreemd aan. Dit heb ik nog nooit meegemaakt.

Een ganse dag beheerst hij mijn leven. ’s Morgens vroeg valt de roos op die hij mij voor Valentijn had gegeven. Op het werk blijven we in contact door mailtjes-om-het-kwartier. In de reflectie van het raam in de trein kijk ik naar mezelf en hoor ik zijn stem. ’s Avonds laat zijn het tv-programma’s of radionummers die mij aan hem doen denken. ’s Nachts droom ik van hem. Ik ben in de ban van hem. Hij heeft me gebeten en hij weet het niet.

En laten we dat voorlopig zo houden!

Ze zijn het niet waard

“Huil nooit voor een jongen. Ze zijn het niet waard”, probeerde mijn beste vriendin mij ooit te troosten toen het pas uit was met mijn vriend. Op dat moment kon ik haar geen gelijk geven. Als je van iemand houdt en die persoon verliest, is geen enkele raad als troostend te beschouwen. Toen de breuk bijna verwerkt was en mijn verdriet ondertussen had plaats gemaakt voor haat, kon ik niet anders dan haar gelijk te geven. Mijn tranen, slapeloze nachten & gewichtafname waren het allemaal niet waard geweest. Ik voelde me dom. Bedrogen door mijn eigen geest. Ik stuurde mijn beste vriendin een sms: “Je had gelijk. Ik ben blij dat ik van die ‘loser’ verlost ben”. Ze stuurde een korte sms terug: ”:)”.

Toen ook mijn haat tegenover de jongen verdween en ik achterbleef met een leeg gevoel, veranderde mijn idee. Ik had ooit van de jongen gehouden. En verdriet hebben voor iemand waarvan je houdt, is niet dom. Integendeel.

Nu zit ik hier. Ik heb een ganse nacht liggen huilen. Voor een jongen. “Hij is het niet waard”, hoor ik mijn beste vriendin nog tegen mij nog zeggen.

Misschien niet. Maar als je om iemand geeft (al is het maar een beetje), is geen enkele traan te veel. Maar vraag het me nog één keer binnen een paar weken. Misschien denk ik er dan anders over.

Verloren

Ik loop verloren én alleen rond in mijn eigen gecreëerde wereld. Dat ik alleen rondwandel is enkel mijn eigen fout. De toegang tot mijn wereld is niet alleen moeilijk te vinden, maar ook quasi onmogelijk om te betreden. De toegangscode is zo moeilijk te kraken dat zelfs de meest intelligente man hier niet zou inslagen. En mocht er dan per ongeluk toch iemand zijn die de code weet te bemachtigen, zou ik de code vliegensvlug veranderen.

En hoewel ik alles heb in mijn eigen wereld, ben ik er niet meer gelukkig. Ik voel me eenzaam en alleen. En daarom besloot ik een paar weken geleden om de toegangspoort open te zetten voor de nieuwsgierigen én durvers. En het werkte. Op 2 weken tijd zijn er al 2 stoere ridders komen kijken.

Ik gaf ze een rondleiding in mijn wereld. Aan hun ogen te zien, beviel het hen. Ik gaf ze te eten, te drinken en de nodige tijd om tot rust te komen. Toen ze hun ogen de kost hadden gegeven en uitgerust waren, probeerden ze via allerlei vragen te achterhalen wie Alimonia was. Het effect dat de wijn op hen had gehad, had niet hetzelfde effect op mij. Ik werd niet loslippig. Nee. Ik hield de lippen stijf op elkaar.

Op een gegeven moment werd ik al hun vragen beu. Hun nieuwsgierigheid ging iets te ver. En besloot ik hen vriendelijk te vragen om uit mijn wereld te gaan. Dat deden ze, al was het eerder met tegenzin. Hun ogen straalden niet meer. Ze waren teleurgesteld. Hoe kon ik hen nu toegelaten hebben in mijn wereld? Hen van al dat moois laten genieten hebben en hen dan weer de deur wijzen?

En hoewel ik wel graag had gehad dat ze waren gebleven, kon ik het niet. Want ik mis het wel. Af en toe. Gezelschap. Ik mis mensen om tegen te praten. Om mee te knuffelen. Om mee rond te wandelen in mijn wereld. Maar hun nieuwsgierigheid beangstigde mij. Enorm. En dus besloot ik om actie te ondernemen en hen uit mijn kasteel weg te jagen.

Ik zit ondertussen al 4 dagen alleen in mijn kasteel en heb me nog nooit zo alleen gevoeld als nu. De muren komen op me af en elk geluid dat ik hoor beangstigt mij. De 2 ridders zitten braaf te wachten voor de toegangspoort tot het moment ik ze weer ga openen….

Tja.

Te veel vragen

“Wat doe je voor een jongen als je verliefd bent?”; vroeg hij mij. Hij verwachtte een gewoon antwoord alsof hij net “Wat heb je deze middag gegeten” aan mij had gesteld. Als ik hem de waarheid had verteld, had hij nog meer interesse in mij gehad dan hij nu al had. Ik doe verdomd te veel als ik verliefd ben. Dan word ik een ander mens. Dan doe ik zotte dingen. Dan achtervolg ik die jongen, ik stuur hem anonieme briefjes, ik koop hem leuke spulletjes, ik maak creatieve gedichten, ik blijf tot de vroege uurtjes op MSN om met hem chatten, ik neem in het weekend een vroege trein om lang bij hem te kunnen zijn, ik zeg mijn DVD-avond op omdat hij zich slecht voelt,… Ik doe zoveel en ik krijg er zelden iets voor terug. Maar dat kon ik hem toch niet zeggen. En dus zei ik hem “ik doe dingen. Op mijn manier”. “Wat is je manier dan”; vroeg hij mij. Tja, dacht ik bij mezelf. “Geen idee”, vertelde ik hem. Hopend dat hij de vraag zou vergeten. “Zou je niet dringend eens naar de psychiater gaan” grapte hij. “Kan je er mij geen aanbevelen?” vroeg ik op een norse toon. “Nee toch niet”.

En toen werd ik boos. En triestig. Het was maar om te lachen, maar ik kon er niet meer mee lachen. Ik had zin om te wenen, maar ik mocht het niet. Ik had geen zin dat mijn collega’s mijn verdriet zouden zien. En dus besloot ik wijselijk te zwijgen. “Ik heb de indruk dat je verdrietig bent”; probeerde hij opnieuw. “Dat ben ik ook!”. Waarom? Waarom? Waarom? “Geen idee”, loog ik. Maar de “dis moi stp” overhaalde mij toch en ik legde het uit.

Maar het was maar om te lachen.

Ja. Tuurlijk. En daarom zit ik al 2 dagen over die 2 zinnetjes na te denken.

Nee!

2 maanden lang zette hij mijn beste vriendin onder druk om mijn MSN-adres te bemachtigen. Hij kreeg uiteindelijk zijn zin en voegde mij toe op MSN. Na lang aarzelen, accepteerde ik zijn verzoek uiteindelijk. Toen bood hij mij ineens een rit aan aangezien we dicht bij elkaar wonen en op dezelfde trein zaten. Maar ik weigerde steenvast. Toen hij mij op een avond in de bus zag zitten, heeft hij mij daaruit gesleurd. “Hier komen jij”, riep hij. Ik kon niet anders en stapte in zijn auto. “Hij valt nog best mee”, dacht ik. Maar de volgende keer verstopte ik mij in de bus. Ik had geen zin om hem te zien. Ik wou met rust gelaten worden. “Waar was je toch, Alimonia?” vroeg hij de volgende dag. En daar stond ik dan met mijn monden vol tanden! Maar hij bleef lief doen tegen mij. Hij vroeg op MSN hoe het met mij ging toen ik vreselijke onderzoeken in het ziekenhuis moest ondergaan. “Verzorg je goed”, zei hij. Hij was wel lief. Ondertussen heeft hij al 25 keer achter mijn GSM-nummer gevraagd. “Mag ik je nummer? Please please please???” kijkt hij mij dan aan met zijn mooie ogen. “Nee“, zeg ik dan. Altijd maar “nee“. Ik ben zo geprogrammeerd, denk ik. En toch blijft hij lief zijn tegen mij. “Ga je niet eens mee poolen?”, probeert hij de laatste weken. “Nee“, zeg ik. “Nee dank je. Geen zin”. “Krijg ik dan toch je nummer?”. “NEE, en hou er nu over op.”. Nee. Ik ken niets anders.

Een andere jongen op het werk chat al een paar weken met mij (intern op het werk – ja dat is mogelijk via Lotus Notus). “c’était chouette de voir une belle fille comme toi” begon hij het gesprek. “Pardon?” vroeg ik hem. “Oui. toi. Tu es belle.”. “Jaja”. Maar ik had geen zin in dat gezever en antwoordde koeltjes. Maar hij bleef doorzetten. Hij bleef me maar aanklikken en chatten met mij. Hoe koel ik ook reageerde! Op een gegeven moment vroeg hij mijn MSN-adres. “Nee” zei ik. “Pourqoui pas?” vroeg hij. Maar ik antwoordde niet. “Je dois partir”, verzon ik en sloot de chat af. De volgende dag vroeg hij opnieuw achter mijn MSN-adres. “nee“, zei ik voor de tweede keer. Ik had het hem graag gegeven, maar ik versteende. Het voelde vreemd aan. Alsof iemand anders in mijn lichaam was gekropen en beslissingen in mijn plaats nam! De laatste weken biedt diezelfde jongen mij ook een autorit aan. “à la gare par example”. “Non” zeg ik dan. “C’est gentille…mais pas nécessaire”. Tja! En toch blijft hij doorzetten. “Tu veux boire un verre après le travail?”. En ook hier zeg ik nee op. Maar toch bedankt!

Waarom blijven die mannen toch moeite doen als ik telkens met een norse “nee” antwoordt? En waarom geef ik zo snel op als ik 1 keer afgewezen wordt?

Vijf

Met vijf zijn ze. 5 mannen op mijn werk die op één of andere manier interesse in mij tonen. De ene vertelt me spontaan via een intern chatprogramma wat voor een knappe verschijning ik wel niet ben. De andere laat via een collega weten dat hij graag naar me zit te kijken door het raam (wat hij dan ook effectief constant deed). De derde spreekt mijn bazin aan en vraagt haar uit over mij. En dan heb ik nog niet verteld hoe de andere 2 hun interesse in mij laten blijken.
Ik begrijp het niet. Ik ben niet de lelijkste jongedame op mijn werk, maar ook niet de knapste. Ik ben gemiddeld en naargelang mijn outfit bevind ik mij net boven of onder de lijn van gemiddeld. Waarom zouden ze interesse in mij hebben? Ik ben trouwens niet van de gemakkelijkste. Ik ben eigenzinnig, koppig, eerder agressief dan assertief, vervelend én gierig. Maar ik ben vers vlees en elk mens houdt wel van iets nieuws zekers? Eén voor één beweren ze dat ze “timide” zijn. Ze zijn verlegen. Nu, je kan me veel wijsmaken maar dat ze verlegen zijn maak je mij niet wijs!

5 is een leuk getal. Het stelt symbolisch de aantal maanden voor van hoe lang ik er al werk. Ergens streelt het ook mijn ego. Iedereen krijgt graag aandacht op één of andere reden. Maar toch doet de aandacht mij weinig. Het bezorgt me geen happy feeling. Ik blijf er neutraal bij. In een ver verleden zou al die aandacht mij doen zweven hebben. Maar het is wrong timing. Mijn heel leven staat in teken van hem. En daar krijg ik juist geen teken “van interesse voor mij” van. Of ik vang de signalen toch niet op. Hij is trouwens écht timide. Mij aankijken durft hij amper en gebeurt dan ook via andere manieren.

Maar niet getreurd. Binnenkort is het augustus. Waar blijft nummer 6?

“I have been watching you
not waiting for the right moment
to make the first move
do you want to know why i keep avoiding your eyes
and why i am running away?”

Riverside – Conceiving you

Oproep

Ik doe een oproep aan alle knappe jonge mannen van deze aardbol. Gelieve in dit gezellig warm weer een knopje méér open te doen van jullie (witte) hemdjes. Wij, vrouwen, doen alle moeite van de wereld om een man zijn hoofd zot te maken. We laten sexy benen, sexy borsten en sexy konten aan jullie zien. Maar jullie mannen? Het is alsof jullie je schamen voor jullie lijf. Of willen jullie liever dat ik handmatig die knopjes kom openrukken? 2 knopjes mogen best open. Zodat wij een verleidelijke blik op jullie ‘gespierde’ borstkas kunnen werpen. Borsthaar mag. Het moet zelfs. Ik weet niet welke idiote vrouw jullie mannen ooit heeft wijsgemaakt dat borsthaar “not done” is, maar ik vind het wel done.

Vrouwenblaadjes à la Flair, Libelle & Joepie spelen hier maar al te graag op in. “Mijn man is erg behaard, wat doe ik hieraan zonder hem te kwetsen?”. NIETS! Je laat dat haar staan, godverdomme en je dumpt hem. Vrouwen zoals ik zullen hem met open armen ontvangen! Je gaat die man toch geen pijn doen? Mannen hebben sowieso een zeer lage (of lees in dit geval: geen) pijngrens en zullen doodgaan als je ze waxt. Dus, onthoud het goed. Een man zonder borsthaar, is zoals een vrouw zonder borsten. Laat ons vrouwen maar met ons gezicht in jullie borsthaar woelen. Een lekker zacht tapijtje. Dus ik smeek jullie. Zet dat knopje open. Laat mij zot worden. Wij vrouwen zien al genoeg af door ons te proppen in sexy smalle jeansbroeken, te epileren, onze buik in te houden, diëten,…

Oh zomer. Ik word zot van u! Wie laat mij zot worden?